1. Algemeen

De guppy, ook wel "gup", "guppie" en "miljoenenvisje", is een levendbarende tandkarper. De gup is wereldwijd het meest populaire aquariumvisje. De mannetjes worden gemiddeld 4 en de vrouwtjes 6 cm lang. De meeste guppen leven 2-3 jaar. Er zijn er weinig die ouder dan 5 worden.

De gup is erg variabel en komt inmiddels wereldwijd voor en heeft lokaal overal een eigen uiterlijk, wat betreft kleur, vorm van de vinnen enz. Lokale ingesloten stammen ontwikkelen vaak een eigen uiterlijk. Een nauwe verwant van de gup is de zogenaamde " Endlers Levendbarende". Wetenschappers zijn er nog niet geheel uit hoe deze moet worden gezien ten opzichte van de gup. Als aparte soort of een ondersoort, of toch maar een lokale variant van de gup. Aangenomen wordt dat deze vis een andere soort is en daarom draagt deze de naam Poecilia Wingei.

Van de gup zijn veel variƫteiten gekweekt met een prachtig gekleurde staart, een staart uit twee delen (dubbelzwaard) of een sluierstaart. Deze staartvormen zijn echter natuurlijk, ook in de natuur komen verschillende zwaardtypes voor. De gup wordt nog steeds wel gebruikt om onderzoek te doen naar erfelijkheid. Hoewel de moderne wetenschap momenteel heel vaak de voorkeur geeft aan het zebravisje, ook wel bekend als de zebradanio (brachydanio rerio).

2. Huisvesting

De guppy is op veel plaatsen uitgezet om met name muggen te bestrijden, vanwege de voorkeur voor muggenlarven als voedsel. De gup kan prima gehouden worden in een gezelschapsaquarium. De gup is zeer vreedzaam tegen over andere vissen, de mannetjes zijn wel constant bezig om de vrouwtjes te bevruchten. Men doet er dan ook verstandig aan om 1 mannetjes gup te houden met daarbij 3 vrouwtjes. Anders worden de vrouwtjes constant opgejaagd, en dit bezorgt stress, en stress kan leiden tot ziekten. De leefbare temperatuur ligt tussen 18 en 28 graden.

2. Kweek

De kweek is simpel. De eieren ontwikkelen in het moederlichaam en komen uit op het moment dat het ei in aanraking komt met het water bij de geboorte. De 20-100 jongen zwemmen dan direct zelfstandig rond en gaan meteen naar het wateroppervlak om zich daar te verschuilen tussen de wortels van drijfplanten. Als men meerdere kleine guppies over wil houden is het raadzaam de moedergup apart te houden. Deze kan anders meteen na de geboorte haar eigen jongen opeten. Als men de net geboren guppies verplaatst kunnen ze last krijgen van kleefvinnen. De eerste dagen na de geboorte kan men vloeibare voeding in druppelvorm geven, als de jonge guppies iets groter zijn kan men ze fijngewreven droogvoer geven. De jongen zijn na ongeveer 2 weken groot genoeg om niet meer als voedsel voor de grotere vissen in het aquarium te dienen.

3.  De guppy in Nederlandse wateren

In Nederland is de gup losgelaten in het koelwater van de hoogovens van Corus. Omdat dit water 's winters warm genoeg blijft, is een populatie ontstaan die afwijkt van de normale gup. De vis bij IJmuiden wordt wel 12 cm lang. Normaal geldt voor de gup een ondertemperatuur van 15 oC.